Eosinofiele oesofagitis (EOE)
● Symptomen en oorzaken
Blootstellingen van vroege levensduur, genetische factoren en een atopische toestand verhogen waarschijnlijk de gevoeligheid van ziekten bij eosinofiele oesofagitis. Blootstelling aan antigenen zorgt ervoor dat het slokdarmepitheel alarminen, IL-33 en thymische stromale lymfopoietine (TSLP) vrijgeeft. Deze cytokines stimuleren op hun beurt de secretie van T-helper type 2 (Th2) cellen van IL-13, IL-4 en IL-5. IL-13 en IL-4 stimuleren de veranderingen die worden gezien in het slokdarmepitheel, inclusief basale celhyperplasie en verwijde intracellulaire ruimtes. Chemotaxins, eotaxine-3 en IL-5, leiden tot infiltratie van granulocyten. Het gemengde cytokine -milieu draagt ook bij aan de activering van fibroblasten in de lamina propria, collageenafzetting en weefselstijfheid.
doi: 10.1001/jama.2021.14920.
Eosinofiele oesofagitis (EOE)
● Symptomen en oorzaken
Blootstellingen van vroege levensduur, genetische factoren en een atopische toestand verhogen waarschijnlijk de gevoeligheid van ziekten bij eosinofiele oesofagitis. Blootstelling aan antigenen zorgt ervoor dat het slokdarmepitheel alarminen, IL-33 en thymische stromale lymfopoietine (TSLP) vrijgeeft. Deze cytokines stimuleren op hun beurt de secretie van T-helper type 2 (Th2) cellen van IL-13, IL-4 en IL-5. IL-13 en IL-4 stimuleren de veranderingen die worden gezien in het slokdarmepitheel, inclusief basale celhyperplasie en verwijde intracellulaire ruimtes. Chemotaxins, eotaxine-3 en IL-5, leiden tot infiltratie van granulocyten. Het gemengde cytokine -milieu draagt ook bij aan de activering van fibroblasten in de lamina propria, collageenafzetting en weefselstijfheid.
doi: 10.1001/jama.2021.14920.